de steen

Stel dat je langs een kustlijn loopt, links is de zee, rechts een klein strand van een baai.De baai is omzoomd door een kleine zandrug.Je loopt op blote voeten langs de waterrand en je blik glijdt over de bodem. De bodem is stenig, ronde en afgeplatte grijze stenen. Het water van de zee klotst met hele kleine korte bewegingen over de stenen en je voeten. Bij het teruggetrokken water raken je tenen soms droog en de stenen ook. Ze zien er dan dof uit. Het aanrollende water overspoelt en geeft de stenen een glans. Bij het terugtrekkende water valt opeens een steen op. Je ziet hem. Het lijkt net alsof hij uitstijgt boven die grijze omgeving. Er is een innerlijke beweging van willen buigen en de steen oppakken.Het volgende moment heb je de steen in je handen, je laat het beurtelings in je linker en je rechterhand voelen, wegen, rollen. Je vingers tasten het oppervlak van de steen. Gewoon vanuit het in je handpalm laten rusten van je steen, probeer je informatie los te weken. Waar komt deze steen vandaan, wat zijn de ervaringen van deze steen, hou oud is ie.Glad, stroef, natte en droge plekken. Er zijn wat lichtere stukjes, alsof deze bijna eivormige steen is opgebouwd uit ontelbare kleine korreltjes steen. Afgeplat door duizenden jaren schuren van de natuurkrachten. De steen is groter dan het hart van je hand, maar omdat ze redelijk plat is voelt je hand prettig gevuld.Er is ook een verschil in gevoel, linkerhand, rechterhand. Is het de steen of je hand.In je rechterhand is meer stevigheid, maar ook meer nuancering in gevoel, waarneming.Links voelt onbestemder, egaler, leger.Je ogen dwalen van de handen en de steen naar de horizon. Een lege horizon. Het water is grijzig, het is nog vroeg in de ochtend, de zon heeft de dikkige wolkenlucht nog niet verdreven. Er is niets te zien aan de einder daar waar de zee in de lucht over gaat.Je ogen gaan weer naar de steen en laat die vallen. Het is nu weer een van die stenen, totaal onopvallend, in niets zich onderscheidend van de andere. Een klein golfje komt aanrollen.Het water geeft je een rilling, alsof je wakker gemaakt wordt. Je ogen richten zich weer naar de omgeving, rechts de zandrug, je zichtsveld beperkend. Je weet dat daarachter een kleine haven ligt, met zeil- en vissersboten. Aan de kade staan een rij witte, grijze huizen met winkelruimtes onderin.Je wilt nog niet terug, maar je moet. Thuis wachten je kinderen, de afwas, de onopgemaakte bedden. Je neemt een paar stappen van de zee af richting de zandrug, als je omkeert en naar de waterlijn loopt. Je handen grijpen naar de eerste de beste steen en je doet hem in je rechterzak. Dat voelt goed. De zon breekt nu ook door en je loopt richting huis.
E-mail me when people leave their comments –

You need to be a member of Spiritueel Ondernemers Netwerk to add comments!

Join Spiritueel Ondernemers Netwerk

Comments

  • Mijn huis ligt vol stenen van plekken all over the world. De zee is een plek om me in te verliezen. Water worden. Doordat 'ik' er niet meer ben worden kwesties, relaties opeens heel helder. Gevuld met vreugde kan ik dan weer op 'huis' aan.
  • Mooi Angelique, waar zijn de vakantie folders?
    groetjes ruud
This reply was deleted.