Amsterdam, 18 augustus 2011 – Het Amsterdamse Willehalm Instituut voor antroposofie als graalonderzoek, koninklijke kunst en sociale organica heeft, zoals aangekondigd, verleden weekend tijdens het bruisende Festival Landjuweel 2011 op het kunstenaarsdorp Ruigoord onder de titel “Een nieuwe hoffelijkheid” een eerste volledige editie van De Deugden – Jaargetijden van de ziel van de Duitse filosoof/antroposoof Herbert Witzenmann (1905-1988), versierd met 13 kleurkrachtige verluchtingen van de Nederlandse kunstschilder Jan de Kok gepresenteerd en tentoongesteld. In het kader van het door Iwanjka Geerdink, schrijver van het binnenkort verschijnende boek Novaglobe, op 14 augustus georganiseerde symposium over het thema “Een nieuwe samenleving” gaf de oprichter en directeur van het Willehalm Instituut Robert Jan Kelder tevens een korte bijdrage onder de titel “Rechtvaardige prijzen zijn de Deugden van de wereldeconomie.”
In de boekpresentatie van De Deugden gebaseerd op zijn voorwoord “Een nieuwe hoffelijkheid” ging Kelder in op de goedbedoelde, maar misplaatste oproep van het verleden kabinet Balkenende voor een ethisch reveil teneinde het morele verval, zoals de al jaren wild om zich heen grijpende en onlangs zelfs geïnstitutionaliseerde hufterigheid in Nederland van bv. het “tendentieuze, ongefundeerde en nodeloos kwetsende GeenStijl” een halt toe te roepen. Hij wees erop dat het in de zin van de “trias organica”, of te wel de “driegeleding van het sociale organisme” (vrijheid in het geestesleven, gelijkheid in het rechtsleven en broederschap in het economische leven), niet de taak van vertegenwoordigers van de rechtstaat dwz. politici is om de burgerij het belang van normen en waarden bij te brengen, dit is een taak die weggelegd is voor cultuurdragers (kunst, wetenschap en religie). In plaats daarvan dient de politiek zich terug te trekken uit de geledingen van het cultuur- en economische leven en zich rigoureus te beperken tot de vorming en handhaving van rechten en plichten ter bescherming van mens en natuur met voorop het algemene recht op individualiteit. In die zin was premier Balkenende een in de politiek verdwaalde professor die wel eventjes ons de les zou lezen. Nu is als tegenreactie in de persoon van Geert Wilders veelal het tegenovergestelde te zien en te horen. Wilders is immers een soort omgekeerde Balkenende die vanuit de politiek een geestelijke stroming (de Islam) probeert te bestrijden. Voor zover deze religie uitsluitend als een politieke, fatalistische dwz. antivrijheid-ideologie wordt gezien is daar niets op aan te merken. De Islam is echter toch vooral een geestelijke stroming, die weliswaar door politieke and zelfs gewelddadige maatregelen (zoals het recente drama in Noorwegen) wellicht tijdelijk kan worden tegengehouden, maar daarmee uiteindelijk niet overwonnen of liever gezegd met het Christendom verzoend kan worden. Dat kan immers uitsluitend met geestelijke middelen, door aan te tonen dat het esoterische, Keltische- of te wel Graalchristendom eigenlijk in het verlengde van de Islam ligt, sterker nog: dat deze Islam daardoor van zijn eenzijdig God-de-Vaderprincipe verlost kan worden, zoals bv. na te lezen is in de geesteswetenschappelijke uiteenzetting met de Islam door Gerhardt Schmidt in zijn opstel “Arabisme – Het bedrieglijke midden”. Een lichtend historisch voorbeeld hiervoor is te vinden in het boek Willem van Oranje, Parzival en de Graal – Wolfram von Eschenbach als historicus van de Zwitserse graalvorser Werner Greub (1907-1997), met name in het hoofdstuk over het huwelijk van Willehalm, de oorspronkelijke Frankische Wilhelmus van Oranje, paladijn van Karel de Grote en stichter van het Oranjehuis uit de 9de eeuw, met Arabelle, een Arabische prinses, die hij nota bene tot het Graalchristendom wist te bekeren door haar te overtuigen dat het zogenaamde heidense Morgenland ook een, weliswaar ondergegane cq. uitgeroeide, maar toch lange voorchristelijke traditie heeft gekend, met name die van het Zoroastrisme en de Drie Koningen.
Dit graalboek was een van de 5 door het Willehalm Instituut uitgebrachte boeken, te weten De rechtvaardige prijs – wereldeconomie als sociale organica en Geldordening als bewustzijnskwestie - Een nieuw financieel stelsel vereist een nieuw beschavingsprincipe beide ook door Herbert Witzenmann en De Gouden Tip – De verstrengeling van onder en bovenwereld en de moord op G. J. Heijn en 9/11: The Accusation – Bringing the Guilty to Justice van Slobodan Mitric (Karate Bob), boeken die Kelder ter sprake bracht tijdens zijn korte bijdrage aan het in het Engels gevoerde symposium over de nieuwe samenleving en bij gesprekken rond de door hem opgestelde boekentafel met boeken van o.m. Sarah Morton, Iwanjka Geerdink en Martijn Brasem.
In zijn bijdrage onder de titel “Rechtvaardige prijzen zijn de Deugden van de wereldeconomie” stelde hij dat wat voor de menselijke ziel de Deugden zijn - namelijk het gouden midden aanhouden tussen twee tegenovergestelde extremen (bv. moed als het midden tussen lafheid en overmoed), - dat voor de wereldeconomie de rechtvaardige prijzen zijn - namelijk het te bewerkstelligen midden tussen de twee tegenovergestelde waardevormingsprocessen van enerzijds de toepassing van de productiefactor arbeid op de productiefactor natuur en anderzijds de toepassing van het productiefactor geest of kapitaal (als gerealiseerde geest) op de arbeid. Door het zodanig bewerkstelligen van rechtvaardige prijzen middels een wereldwijd netwerk van in het leven te roepen economische associaties (politiek onafhankelijke beleid- en adviesorganen van producenten, handelaren en consumenten) kunnen deze drie productiefactoren van het sociale organisme, die een ieder apart door elkaar bestrijdende politieke stromingen min of meer vertegenwoordigd worden (bv. natuur door de Groenen, arbeid door de PvdA en kapitaal door de VVD) in harmonie gebracht worden. Hierdoor kunnen toekomstige calamiteiten, hongersnood etc. voorkomen worden, met name een herhaling van 9/11 dat, zoals Slobodan Mitric, sinds 1993 wereld directeur van Reserve Politie International in zijn trilogie Operation Twins, en vooral in de laatste aflevering daarvan 9/11: The Accusation heeft aangetoond, een bijna gelukte poging van kringen binnen het machtige, in het geheim opererende “militairy-industrial complex” (President Eisenhower) was om een derde, dit keer met atoomwapens uitgevochten, wereldoorlog te ontketenen…In die complementaire zin is dus de handhaving van de sociale organica als een nieuw beschavingsprincipe een kordaat middel om de wereldwijde financieel-economische crisis met zijn uit de hand lopende prijzen en blijkbaar oncontroleerbare inflatie te lijf te gaan en bieden anderzijds De Deugden, die ja in de christelijke hemelse hiërarchieënleer Machten worden genoemd, een evenzo doortastend middel om de nieuwe hufterigheid, als het ware, de wacht aan te zeggen.
In zijn bijdrage knoopte Kelder ook aan bij het door Felix Rottenberg voorgezeten futurologisch symposium van de eerste dag van het Festival Landjuweel, waar de in april 2011 opgerichte Culturele Stelling van Amsterdam ter sprake werd gebracht, een aantal aaneengesloten kunst- en cultuurproducenten op de creatieve werkterreinen en vrije ruimten van Amsterdam, waarvan, zoals dichter Hans Plomp erop wees, Ruigoord met zijn beschermheilige Gertruid er ook een is. Kelder herinnerde eraan dat het Willehalm Instituut op 28 mei, 2009 in de Amstelkerk in de hoofdstad een boekenpresentatie van de eerste vier bovengenoemde boeken heeft gehouden onder de titel “De nieuwe stelling van Amsterdam” als een poging om de in de 19de eeuw gebouwde maar sindsdien totaal verouderde militaire waterlinie rondom Amsterdam, nieuw leven in te blazen. Zich de vraag stellend hoe zo’n Stelling er vandaag uit zou moeten zien om niet alleen de bevolking van Amsterdam, maar in dit tijdperk van globalisering,de hele mensheid op aarde als het ware tegen zichzelf te beschermen, kwam hij terecht bij een werk van de wijlen Amsterdamse hoogleraar Prof. Dieter Brüll. In diens boek De sociale impuls van de anthroposofie (1986) worden er namelijk vier voor het eerst door Rudolf Steiner (1861-1925) geformuleerde sociaal-dynamische, universeel geldende wetmatigheden systematisch uiteengezet, die, naarmate ze algemeen ingezien en nageleefd worden, een overeenkomstige weldadige uitwerking kunnen hebben. Deze basisprincipes zijn 1. De sociologische grondwet (1898) : “Als de culturele ontwikkeling van de mensheid begint, streeft deze naar het ontstaan van sociale verbanden; het belang van de enkeling wordt voorshands aan het belang van die instellingen opgeofferd; de verdere ontwikkeling leidt er evenwel toe dat de enkeling zich uit de groepsbelangen bevrijdt en tot een vrije ontplooiing van zijn behoeften en van zijn capaciteiten komt.”
2. De sociale hoofdwet (1905/1906): “Het welzijn van een geheel van samenwerkende mensen is des te groter, naarmate de enkeling minder aanspraak maakt op het resultaat van zijn arbeidsprestaties, dat wil zeggen naarmate hij meer daarvan aan zijn medewerkers afstaat en naarmate meer van zijn behoeften niet uit eigen prestaties, maar door de prestaties van de anderen wordt bevredigd.”
3. Het sociale oerfenomeen (1918): “Staan twee mensen tegenover elkaar, dan poogt de ene mens steeds de ander in slaap te wiegen en de andere mens probeert steeds wakker te blijven. Dit echter is, om in de geest van Goethe te spreken, het oerfenomeen van de sociale wetenschap.”
4. De driegeleding van het sociale organisme oftewel de sociale organica (1917-1924): Volgens dit idee is de hele aarde, macro-economisch gezien, het sociale organisme dat opgebouwd wordt uit de drie productiefactoren natuur, arbeid en kapitaal (geest), die door de nog op te richten economische associaties zodanig wereldwijd gehandhaafd moeten worden dat rechtvaardige prijzen kunnen ontstaan door het in evenwicht brengen en houden van de door veredelings- en organisatiearbeid (hand- en hoofdwerk) bewerkstelligde economische waarden.
Volgens de sociale organica zijn praktische ideeën voedsel voor het sociale organisme; ontbreken zulke op deze vier basisprincipes ontwikkelde ideeën in de samenleving, dan ontstaan zoals bij elk organisme dat niet gevoed wordt, onherroepelijk steeds nijpender wordende misstanden, ellende, oorlogen tot de uiteindelijke totale ondergang van een beschaving.
Kelder sloot zijn bijdrage van de presentatie van De Deugden door de laatste drie passages uit zijn voorwoord voor te lezen: “Last but not least, zullen allen die moedig streven naar het vernieuwen van de menselijke samenleving op aarde door het oprichten en verbinden van vrije broedplaatsen voor de geest, oasen der menselijkheid waar een drievoudige vrede kan worden gesloten tussen de mens met zichzelf (zijn dubbel), met zijn medemens en met onze moeder aarde (door haar te veredelen met de biologisch-dynamische landbouw) dit kostbaar werkje willen open slaan. Want het bestuderen en beoefenen van de daarin beschreven twaalf maandmeditaties scheppen de innerlijke voorwaarden voor het oprichten, in stand houden en uitbreiden van moderne, zich op het niveau van ons tijdperk van de bewustzijnsziel[1] bevindende kennis-, woon- en werkgemeenschappen.
Daarmee is tegelijk een van de doelstellingen aangegeven van het in Zwitserland in 1985 opgerichte en te Amsterdam in 2005 als eenmansstichting in de Kamer van Koophandel ingeschreven Willehalm Instituut. Een overzicht van de ontstaansgeschiedenis en doelstellingen van het Instituut, een levensschets van de auteur plus een complete lijst van zijn werken in het Nederlands, Engels en Duits alsmede verder geplande publicaties is te lezen in het aanhangsel van dit geschrift.
Worden deze aanvullende werken in samenhang met De Deugden door een voldoende aantal mensen op aarde werkelijk opgenomen en verinnerlijkt en weten zij zich onderling in de bovengenoemde gemeenschappen, oasen der menselijkheid, te verenigen, dan biedt dit zelfs waarlijk perspectief voor een wereldvredebond, een kiem voor een nieuwe samenleving.”
[1] Voor een verklaring van het begrip bewustzijnsziel en het natuurwetenschappelijke tijdperk waarin de moderne mensheid sinds het begin van de 15de eeuw leeft, zie o.m. Rudolf Steiners basiswerk Theosofie.
Comments